In gesprek met raadslid Els Rutting (PvdA)

Creabea Els Rutting geeft kleur aan de wereld.

Haar haarkleur ten spijt is Els Rutting bepaald geen grijze muis. Op geheel eigen wijze geeft de fractievoorzitter van de PvdA vanuit een rode inborst kleur aan de wereld om haar heen. Zonder grootspraak en poespas, liefst in het dialect. “Dat sociale, dat zit nu eenmaal in me.”

"Kijk, deze tattoo heb ik laten zetten na de geboorte van mijn kleinzoon", stroopt ze de mouw van haar felgekleurde jurk op. Een vosje verschijnt met daarnaast een Tibetaanse spreuk. Kleine Lex is nu acht jaar en heeft inmiddels gezelschap gekregen van zusje Rosa. “Dus er moet nog een tattoo bij. Je snapt natuurlijk wel dat het iets met een roos wordt.” Ze lacht: “Maar goed dat ik maar één zoon heb. Anders was het heel druk op mijn armen geworden.”

Die zoon, Robbert-Jan, schoondochter Fieke, de twee kleinkinderen, haar moeder, zus Petra en levenspartner Fred Baars zijn de belangrijkste personen in haar leven. Voor haar moeder is ze mantelzorger. “Zij woont nog zelfstandig in Ulft. Ik kook voor haar en ga met haar mee naar ziekenhuisafspraken sinds ze niet meer kan uitrijden.”

Els doet het met alle liefde. “Al vind ik die vanzelfsprekendheid, door de overheid ingegeven, toch wel een dingetje. Als alle mantelzorgers zich zouden terugtrekken, dan zou de hele samenleving instorten.”

Naast veertig uur per week raadswerk en mantelzorg, is ze bijna ieder weekend gastvrouw in het voetbalmuseum Home of Football van partnerlief Fred in hun achtertuin in Braamt. Zij verzorgt het intro en de koffie met iets lekkers; hij vertelt tijdens de rondleiding de mooiste anekdotes achter elk item. Niet dat ze zo’n enorme voetballiefhebber is. 

“Als het hockey was geweest, was het ook goed geweest. Het is helemaal Fred z’n ding. Ik vind het mooi om hem te helpen. Daarvoor ben je een koppel. Als Fred met mij meegaat dan is hij ‘de man van’. Als we naar de trouwerij van Louis van Gaal gaan, dan ben ik ‘de vrouw van’. Dat is een mooie balans. Al heb ik niet zoveel beroemdheden als Fred in mijn netwerk.” 

De rondleidingen zijn op afspraak. “Want Fred werkt nog gewoon. We hebben afgesproken dat Fred alleen de zaterdag of de zondag rondleidt, anders blijft er geen vrije tijd meer over voor bijvoorbeeld een uitje naar de markt of naar een rommelmarkt. Het geluk zit ’m in kleine dingen.”

Het voetbalmuseum kent geen entreeprijs, bezoekers wordt gevraagd om een vrije gift. Het is Els en Fred ten voeten uit. “Iedereen moet kunnen komen, ongeacht de grootte van hun knip”, illustreren ze hun zwak voor minderbedeelden. De opbrengst gaat naar twee goede doelen: Spieren voor Spieren en Bergh in het Zadel. “We hebben in totaal al 19.000 euro kunnen doneren.”

Het is helder: Els Rutting leeft en werkt vanuit haar hart, ondersteund door het hoofd én met haar handen. Want stilzitten is er niet bij. “Ik ben echt van de creabea, ik kan niet op de bank zitten zonder iets te doen. Haken of breien, ik kan er geen bal van, maar ik doe wél een poging.” Het huis ligt vol met bollen wol. “En ik heb meer dan een miljoen knopen, allemaal gesorteerd op kleur. Overal moeten knopen op.” 

Haar outfits toveren dan ook vaak een lach op het gezicht van mensen. “Al koop ik bijna nooit wat nieuws. Ik heb er enorm veel lol in om op een rommelmarkt een leuk pakje te scoren voor nog geen vijf euro.” Ook maakt ze kleding zelf. Eén keer per 14 dagen gaat ze naar een naaiclubje in Wehl. “Ik ben nu bezig met een Schotse jurk”, verklapt ze op de valreep. 

Els Rutting
Foto door: Dies Goorman